Friday, December 29, 2006

KX Radiolijstenparade 1992

Dankzij Nirvana en Pearl Jam evolueert de rock'n roll naar nieuwe niveaus en eind 1991 breekt 'the grunge' defintief door in de lage landen. "De plek waar zelfmoord nog legitiem is," zoals David Jonas in 'Maansverduistering' de stroming definieert, houdt me stevig in de ban. De nationale popradio maakt daarentegen minder gunstige ontwikkelingen door. Spookstations als Sky Radio en 10 Gold weten met hun geluidsbehang steeds meer luisteraars te ver/misleiden, Power Fm sneuvelt, en eind 1992 wordt Hitradio 538 opgericht, wat voor de personality radio de doodsteek betekent. Geprikkeld door mijn eigen succes op de regionale radio besluit ik die zomer naar Amsterdam te verhuizen om mijn horizon te verbreden. Je moet, en ik gebruik Montagnes beeld, de spiraaltrap van de toren af durven te dalen tot in het duister van de Pyreneeën, je niet alleen in het licht begeven. Als jij niet bereid bent om je eigen duisternis in te gaan, word je een marionet van jezelf.


50 punten plaat: Manic Street Preachers - Motorcycle Emptiness

The Manics worden sinds jaar en dag omgeven door het mysterie dat Richey James Edwards heet. Begin '95 werd zijn auto gevonden bij een tankstation in de buurt van het Embassy Hotel in Londen. Sindsdien heeft niemand meer iets van hem vernomen. Onder de fans (waaronder ik me destijds zeker schaarde) ontstond een koortsachtige zoektocht waarbij Edwards zich - postuum of niet - tot een soort martelaar ontpopte. Het bezorgt "Motorcycle Emptiness" een wat macabere glans, te meer daar het deels door Edwards geschreven is.

30 punten platen:

Pearl Jam - Black

Het licht psychedelische Black is bijna een moderne operette. Maar waar het is me nooit duidelijk geworden waar de politiek geëngageerd Eddie Vedder over zingt. Is het de dood van zijn vriendin? Haar verraad? Of een beeldspraak die alle logica ontstijgt? De teksten van het nummer zijn waarschijnlijk net zo vaak geïnterpreteerd als de passages van de Bijbel. Zonder definitieve uitkomst, maar dat hoeft ook niet.


R.E.M. - Drive

Het eerste blauwdrukje van het Automatic for the people - album boorde zich meteen in mijn hart. De strijkerarrangementen van John P. Jones (Led Zeppelin) scheppen een zeer intieme, ambient - achtige atmosfeer die volgens mij nooit geëvenaard is. Bovendien beschouw ik het als het ultieme rock'n roll nummer voor elke jonge, dolende ziel: "Hey kid, rock'n roll. Nobody tells you where to go. Baby..."

Gotcha - Mathilda Da Wicked Bitch

Lenny Kravitz meets Living Colour in de polder. Weergaloos nummer!

O V E R I G E (N)

Urban Dance Squad - Routine, Mc 900 Ft. Jesus - While the city sleeps, Sinead O'Conner - Success Has Made A Failure Of Our Home, Natural Life - Strange World, Boys II Men - End of the road, C. Williams - All I see, CC Peniston - Keep on Walkin' - XTC - The disappointed, V. Williams - Better off, etc, etc...

Wednesday, December 27, 2006

KX Radio Lijstenparade 1991

1991: mede dankzij Stenders ontwikkel ik mezelf steeds meer naar de obscure kant van de popmuziek; de grunge, de authentieke rock'n roll - en de acid jazz. Diens vertrek bij radio Veronica dat jaar komt voor elke muziekjunk dan ook aan als een mokerslag. Pas als de laatste klanken van 'Stenders en van Inkel' op 31 augustus op Veronica wegsterven, wordt pas duidelijk wat voor onmisbare rol 'de laatste deejay' in ons muzikale landschap gespeeld heeft. Bijna tegelijkertijd verschijnt er aan de horizon een donker spook in de vorm van commerciële format - radio waarvan Radio 10 gold, Sky Radio en Power FM als belangrijkste exponenten gelden. Martijn Krabee's Dancetrax verhoust. Wat eens begon als een zware undergroud stijl, ontwikkelt zich in minder dan een decennium tot een dominante stroming. Nadat de kunstmist van de acid party's, en de new beat feesten is opgetrokken, blijkt er een enorm diverse danscultuur te zijn ontstaan. Maar de metamorfose die de house in Nederland doormaakt - met L.A. Style's "James Brown is dead" voorop, staat me niet aan. Zo had Frankie Knuckles het niet bedoeld. Dankzij David Morales, the KLF, en de Ambient stromingen zijn er echter genoeg alternatieven - Zelf draai ik deze talloze housevarianten elke zaterdag- en zondagavond voor een groot, enthousiast publiek in bardancing Joy. Op 29 april van dat jaar maak ik zelf mijn debuut op de lokale (Belgische) radio. (Maasvallei radio) Het duurt precies drie maanden eer ik eruit vlieg vanwege een - volgens de directie - misplaatste grap over Chinezen. Gelukkig sluit het commerciële hitradiostation C.R.M. me in haar armen. Voortaan zet ik studie en vriendin opzij om gemiddeld zo'n 40 uur per week radio te maken. For the love of music.

50 punten plaat:



50 punten plaat: Massive Attack - Unfinished Sympathy

Blue Lines is van de eerste tot de laatste beat een beleving, een trip. Met Unfinished Sympathy als surrealistisch hoogtepunt. Om het 40 mans sterk orkest te bekostigen, waren Del Naja, Nellee Hooper en Daddy G. Marshall genoodzaakt om hun auto te verkopen, maar het resultaat is dan ook adembenemend. In 1998 riepen HMV, Channel 4, The Guardian and Classic FM Blue Lines uit tot een van de 20 belangrijkste albums ooit gemaakt.

30 punten platen:

Galliano - Nothing Has Changed -

De hogepriester van de acid - jazz piekte dit jaar met het album "In pursuit of the 13th note" en later met het in 1992 verschenen "A joyful noise unto the Creator" Een magische krachtstroom van koele beats, ademloze melodieën, en maatschappelijk geëngageerde teksten. Ik ben zo in de ban van de groep dat ik samen met twee vriendinnen naar een nomadisch lentefeest in Berlijn afreis om een optreden van de band mee te maken.

Banderas - This is your life

Mijn 30 punten platen liggen 'dit jaar' dichtbij elkaar. De achterban van Sommerville's Communards leek op het eerste gezicht op gekloonde Sinead O'Connertjes, maar bleken uiteindelijk een zinderende plaat te maken. "There is no rehersal! No second chance. This is your life!"

Lenny Kravitz - What goes around comes around /
Flowers For Zoë


Gekruisigd tussen intens liefdesverdriet (over Lisa Bonnet uit de Cosby Show) en wereldssucces rees Lenny Krevitz naar de toppen van Parnassus. "What goes around comes around", over de natuurlijke karmische afrekening des levens is als een zwoele lenteavond op Pinkpop, qua sfeer, intensiteit, en melodie. Voor "Flowers For Zoë" schiet de taal van deze onbegrepen schrijver eigenlijk tekort.


Bad Examples - Promises in the dark

Zelf heb ik de Bad Examples altijd beschouwd als de voorlopers van Indie groepjes als bijvoorbeeld Kula Shaker, maar deden hun naam aan door op alle fronten te mislukken. Behalve artistiek gezien. Wat betreft "Promises in the dark" is het vooral die ene zin die het verschil maakt: '"Love can take you to the sun, love can take you to the moon. It's not worth getting you killed." Therapeutische woorden, domweg.
Living Colour - Solace of you
"What the hell happened to avant-garde guitar virtuoso Vernon Reid?" Vragen de fans zich op LAST FM wanhopig af. De aanvoerder van Living Colour lijkt sinds kort van de aardbodem verdwenen te zijn. Deze reggea - achtige vibe stamt uit hun hoogtijdagen. Een wijs epos tussen de sluiers van Adam en Eva en de Zondeval. Van het legendarische "Time's up" album, waar je ook "Love rears it's ugly head" op terugvindt. Met dank aan Mick Jagger.

O V E R I G E (N)

Urban Dance Squad - Fast Lane - Ralph Tresvant - Sensitivity, Guy - Her, Big Dish - Miss America, Vanilla Ice - I love you (originele 7" schaam), KLF - 3 AM eternal, PM dawn - Paperdoll, U2 - The Fly, Gangstarr - Lovesick, Stereo Mc's - Lost in Music, Nomad - Devotion, DelaSoul - Saturdays, etc, etc...

Tuesday, December 26, 2006

KX Radio Lijstenparade 1990

Dankzij een breed palet aan invloeden - van the Manschester scene (Stone Roses, Charlatans, Happy mondays, House of Love) tot hiphop (A Tribe Called Quest, Young MC), tot house (Deee Lite!, KLF) ontpopt 1990 zich tot een van de mooiste muzikale jaren aller tijden. Via de sateliet luister ik bijna 24/7 naar HOT 97 New York, en dankzij Stenders en van Inkel denderen Edie Brickell , The Charlatans, Lving Colour en The Pixies mijn leven binnen. En wat voor leven! Wat ik tussen mijn 16de en 19de meemaak, is sterk genoeg voor een kleine novelle. Ik word resident deejay in het (dan nog) bruisende Valkenburg aan de Geul (Bolero, Taverne '88) Ondergrondse clubs waar zowel The Red Hot Chilli Peppers als The KLF als Johnny Gill (swingbeat) de toon zetten, en waar hiphoppers en hardrockers regelmatig met elkaar op de vuist gaan. Ontmoet mijn eerste grote liefde (T.) en maak samen met een stel neo-hippies een lange reis van Parijs, via Wenen naar Berlijn waar ik - dankzij een bevriende deejay - zangeres Miss Kier van Deee - Lite handje mag schudden. Ze is gekleed in een strakke body-suit met psychedelische motieven en zingt (zo vals als een X - Factor afvallige) 'Groove is in the heart'. Het raakt me enorm.

50 punten plaat: DEEE - LITE - Power of love

Wat is er toch geworden van "Barbarella" en co? Ondanks hun vele pogingen (Infinity Within, Dewdrops In the Garden en het rare album Sampladelic Relics & Dancefloor Oddities) zouden ze hun debuut World Clique nooit overtreffen. The second summer of love werd voorzien van the happy vibes van Deee - Lite en dancemuziek was nooit meer hetzelfde. Luister ook eens naar het acid-achtige "What is love?".


30 punten platen:

Freedy Johnston - No violins

Om deze plaat te realiseren, zag hij zich gedwongen om het landgoed van zijn grootouders te verkopen. Dat hij die investering ooit heeft terugverdiend, lijkt me onwaarschijnlijk. Van 'No violins' zijn er hier in Nederland 5 verkocht. Maar hij verrijkte ongetwijfeld het leven van velen ermee.


Madonna - Justify my love

Door in de bijbehorende videoclip een vrouw te kussen, joeg ze heel Amerika op stang. Maar the queen of sleez' nam slechts een voorproefje van de gifbeker. Dronken van begeerte zing ze zichzelf in extase, richting een zinderende apotheose die - mede dankzij de productie van Lenny krevitz - van de bacchantische uitspattingen kolkt. "Poor is the man who's pleasures depend on the permission of another."

Dream Warriors - My Definition Of A Boombastic Jazz Style

Quincy Jones, wiens Back on the block dit jaar mijn hart stal, weigerde aanvankelijk zijn "Soul Bossa Nova" uit te lenen. Maar ging na veel wikken en wegen toch overstag. Met een wereldwijde jazz opleving tot gevolg!

A Tribe Called Quest - Bonita Applebum

Hoewel hij niet voorkomt in de KX stemlijst, blijft het een typisch 1990-nummer. Persoonlijk vind ik de zogenaamde "Why-remix" het meest aanstekelijk. M.d.a. C. Simon.

O V E R I G E Cry Sisco - Afro Dizzi Act, Family Stand Ghetto heaven, Double Trouble - Love don't live here anymore, rebel Mc - Rebel music, EWF - Daydreamin' - Edie Brickell - Mama Help Me, Michael Penn - No myth, Fish - Gentleman excuses, Happy Mondays - Kinky Afro, George Michael - Freedom '90, Quartz intr. Dina Caroll - It's too late, Innocence - Natural thing, J.L. Hooker & C. Santana - The Healer, Blackbox Everybody, etc, etc.

KX Radio Lijstenparade 1989

Beter te laat dan nooit: tussen de gerookte zalm en Zuid - Afrikaanse huiswijn door, zag ik kans om een blauwdrukje van '89 mee te pikken. Merry X - Mas!


1989 is op veel gebieden een overgangsjaar. Mijn huidige cd-verzameling ziet het licht terwijl mijn vinyl - collectie stagneert. Wat de muziek betreft is het een ratjetoe van stromingen, rijkelijk vertegenwoordigt op de Arcade serie "Turn up the Bass." Dankzij deejay F.A.S.T. E.D.D.I.E. versmelten hiphop en house in het fenomeen 'hiphouse'. In elke zichzelf respecterende club regeert de new beat ("This is the Sound of C") en ik maak mijn eerste mix voor de Disco Mix Club in Amsterdam. Dankzij Martijn Krabbee's Dancetracks krijgt mijn donderdagavond weer wat kleur, en Stenders' intrigeert me steeds meer, alhoewel ik eerder DelaSoul koop dan bijvoorbeeld de door hem geprezen Lenny Krevitz (schaam, schaam). Mede dankzij het feit dat ik me - met een pistool tegen mijn voorhoofd gedrukt - door mijn eerste romans van Reve, A.F.T. van der Heijden en Easton Ellis heenworstel, behaal ik mijn MAVO-diploma, en draai een lange hete zomer lang op vrijwel elk examenfeest mijn paradepaardjes waardoor ik mijn eerste discothekenbaantje als deejay vergaar. Ik ben 16.

50 punten plaat: Tears for Fears - Sowing the seeds of love
Toegegeven, het is hitparadenpop, maar het Beatle-eske titelnummer met zijn vele cryptische metafysische verwijzingen claimde me zo intens dat ik het zeker drie maanden 24/7 grijsdraaide. De rest van het album is (bijna) net zo innemend. "Woman of chains" bijvoorbeeld, waarop soulvedette Oletta Adams geïntroduceerd wordt en Phil Collins zijn input aanbiedt, maar nog prachtiger vind ik "Advice for the young at heart" omdat het in mijn belevingswereld voor mij geschreven is.

30 punten platen:

Hallelujah Man - Love And Money

Op Last Fm lees ik: "There are 242 Love And Money listeners on Last.fm" Verder is het wel en wee van deze band in de nevelen gehuld. Maar "hallelujah!" wat een fijne deun. De neurotransmitters kunnen de container in.

Dusty Springfield - Nothing has been proved

De Pet Shop Boys waren in staat Burt Bacharach even te doen vergeten. Het titelnummer van de film "Scandal", de gefictionaliseerde "Profumo affaire" (een soort Britse Monica Lewinski verhaal), vliegt je als een vlindermes naar de keel. "Please please me's number one." Met 1 zinnetje weet ze een tijdsbeeld op te roepen. Superlatieven schieten tekort.

Soul II Soul - Keep on Movin'

Jazzie B, dat harige beest uit de Londense underground kwam, zag en transformeerde het geluid van 1989. Naast Jazzie B maakten ook zangeres Caron Wheeler, zangeres Do'reen Waddell, instrumentalist Philip 'Daddae' Harvey, en producer Nellee Hooper deel uit van de band. hooper's ontmoeting met B. geldt misschien als een van de belangrijkste uit die tijd. Wat als ze elkaar waren misgelopen?

O v e r i g e

Dela Soul - Say no go, Neneh Cherry - Manchild, Urban Dance Squad - Deeper shade of soul, Edie Brickell & The New Bohemians - The wheel, Neville Brothers - Yellow Moon, Billy Joel - Leningrad e.v.a.

KX RADIO LIJSTENPARADE 1989

Sunday, December 24, 2006

KX Radio Lijstenparade 1988

Vandaag zindert KX Radio in het teken van 1988. Ik ben 14/15, zit op het Sint Maartens College in Maastricht, haat de literatuur, en besteedt al mijn vrije tijd aan het mixen van dance. Overzee dringt de eerste acid zich op (D Mob's 'Acieieied!'), en in de clubs verovert New Beat snel terrein. Zelf ding ik in Cadier & Keer (Bardancing The Joy) mee voor een illegaal ererondje in Robin Albers' Avro's 3 x Doordraai (ik ben nog te jong) waar Michel de Hey (dan 19 en nog volstrekt onbekend) wint. Voor de Nederlandse radio wordt het een dramatisch jaar. Ferry Maat draait zijn laatste TROS Soulshow en vertrekt naar het nauwelijks te ontvangen Radio 10, Frits Spits stopt voorlopig met de Avondspits, en aangezien ik helemaal into soul en dance ben, kan ik maar niet wennen aan die rare man naast van Inkel op vrijdagavond; Rob Stenders genaamd.





Alleen al vanwege de sfeer in de plaat, geldt dit nummer als mijn absolute nummer 1 van dit jaar. Vanaf het eerste moment heb je het gevoel dat je een roman van Nabokov openslaat. De beelden blijven maar aanstromen: het mysterieuze, nevelige landschap, de verzengende hitte, de voodoo people en de geesten die als sjamanen om Robbie heen dansen, het is waanzinnig. Mede dankzij Stenders - die voor een Alarmschijf pleit - wordt het in de lente van '88 in Nederland een hit.


30 punten platen:

The Church - Under the milky way
Mijn 'alternatievere' muzikale bewustwording kwam pas laat op gang. In de herfst van 1989 klinkt dit nummer opeens onder een donkere moment in de tv-serie Miami Vice ('Asian Cut') Ik ben verkocht.

Neil Young - Coupe de Ville
Die hoge, onvaste maar onvervalste falsetstem, en zijn melancholische akoestische gitaarspel maken dit nummer tot een David Lynch - achtige gewaarwording. Luister ook de rest van het album 'This Note's for you' Neil op zijn best.

Boz Scaggs - Heart of Mine
Helaas bengelt 'ie onderaan de lijst. Niettemin een ware evergreen die me met huid en haar verzwelgt. Wat een emotie.

O V E R I G E

George Harrisson - Fab
Adventures - Broken Land
Scritti Politti - Oh Patty
Won Ton Ton - I lie and I cheat
Wee Papa Girl Rapper - Faith & Heat it up
Womack & Womack - Life's just a ballgame (etc)
Bobby Brown - Don't be cruel (album)
Alex O 'Neil - Hearsay

Saturday, December 23, 2006

(l)IJS(t)PRET

Een waslijst aan lijsten;

drie rijen dik kippevel (of is het kippeNvel?) jaar in, jaar uit.

Surf naar KX RADIO, het radiostation van Rob Stenders, en absorbeer de lijstenparade.

Het beste alternatief voor die uitgemolken TOP 2000

Thursday, December 21, 2006

Onderscheid


Niet Ayaan, Alyssa Milano of Pharell, maar jij, ik, eh wij zijn door Time magazine tot persoon van het jaar 2006 gekozen! Alle internetgebruikers (met name de medewerkers aan comunities als You Tube, My Space, Hyves, het weblog-gilde en Wikipedia) onderscheiden zich omdat zij het „informatietijdperk herscheppen”.

Je zou er grootheidswaan van krijgen.

Lees het complete TIME artikel HIER

Friday, December 15, 2006

IK CITEER

'Make our children want to know, arouse their curiousity.

Also treat them as people in their own right, who understand much more than adults would have us believe they will all be stronger for it and be gratefull to you'


Albert Barille, scenarist en creator van de tekenfilmserie Il était une fois... L'Homme (Er was eens de mens)

ok



Tuesday, December 05, 2006

Hard to find classics (I)

Bij de gratie van God stuitte een collega journalist op de originele Britse vinyl persing van Sylvian's Ghosts, en schroomde het niet om 'm op te sturen. Het nummer is - in tegenstelling tot het haar niet verjaard. Thanx Beatrice !



When my chance came to be king
The ghosts of my life
Blew wilder than the wind

Desolaat

Er staat druk op de ketel. Die verdomde tweede roman moet af. Tik - tak - tik - tak. Waar anderen om de 18 dagen een nieuwe creatie afleveren, zou mijn leven voorbij kunnen gaan voordat ik ook maar aan het laatste hoofdstuk toekom. Reden? Teveel afleiding.

Vanmiddag plopte er een mail in mijn inbox van een Engelse deejay. Hij had een stuk of veertig bladzijdes van 'Maansverduistering' laten vertalen (voor de lol) door zijn in Nederland studerende halfzus. Net als ik hekelde hij de onttakeling van de menselijke, creatieve radio, en vroeg zich af hoe autobiografisch mijn ervaringen uit het boek waren. ik onthulde dat ik alle kleine individuele minachtinkjes tijdens mijn tijd bij Veronica FM inderdaad een plek in mijn roman heb gegeven. Alleen een technocraat houdt het daar uit. Zelf had hij na vier arbeidsintensieve jaren de BBC achter zich gelaten. En hij rouwde daar niet om, kan ik je melden.

We spraken over de privatisering van de wereld. Niet alleen mbt radio. maar over het onontkoombare feit dat de 'Talpanisering' op alle vlakken van het maatschappelijk spectrum heeft toegeslagen. Het bedrijfsleven, weekbladen, de showbizznizz, de filmwereld. Hoevaak zie je nog een goeie film? Hollywood is een pretpark waar alles economisch uitberedeneerd wordt. De personages zijn plat, eendimensionaal, de stijl waardeloos, de spanning vlak. Je voelt domweg dat het in elkaar is gestoken op basis van formats en (on)doordachte economische psychologie. David Lynch meent zelfs dat alle nieuwe kunstvormen alleen nog een podium vinden op het world wide web. Een droevige constatering. Een tergende achteruitgang. Waarheen, waarvoor ? Slechts 1 gedachte biedt troost: zonder internet zouden we er waarschijnlijk nog erger aan toe zijn. Jung's synchroniciteit drong zich brutaal op. Amper tien minuten later kreeg ik een uitgenodiging voor een brainstormsessie met de oprichters van een nieuw internetstation.

Tik - tak. Weer geen woord opgeschoten.

Saturday, December 02, 2006

Het schaep met de vijf poten

Amsterdam is het mooist in de herfst. Als de felgekleurde bladeren om je heen stuiven als confetti, en de hartslag van regendruppels tegen je brilglazen tikt. Dan is de stad een lichtbundel van boven tot beneden en toch is daar die duisternis, dat half schemer dat mensen, straten, en winkels op lijkt te zuigen en alle kleuren verjaagt. Wat over blijft is die donkere, sombere December - stad. Een wandeling over de Zeedijk geeft me het gevoel dat ik in zevenmijlslaarzen door de tijd loop. Ergens tussen deze nevels bevinden zich de kroegen waar ik met mijn collega dj's van Octaaf ruzies wegzoop en lelijke vrouwen versierde. In de verte lonkt het koude studentenkamertje waar ik na de dood van mijn vader ging wonen, vlakbij de wallen, tussen de rode, groene en blauwe sneeuw. Uit de kroegen eromheen schalde accordeon muziek, de prachtige musette. Flarden van schlagers en nerveuze barpraat vervlogen in de kou en er werd gezongen alsof het leven nooit ophield: "We benne op de wereld om mekaar, om mekaar, om mekaar, te hellepuh niet waar?"


Monday, November 27, 2006

Cassandra

Een collega - journalist heeft een huis gekocht. Middenin de polder. 'Het is of ik in een Vermeer woon, Erick; waterig zonnetje, eindeloze weilanden, kerktorens aan de horizon, het kan niet op!'


Denk aan Cassandra: Apollo begiftigde haar met de zienergave, maar omdat zij zijn oneerbare voorstellen negeerde, strafte hij haar door ervoor te zorgen dat niemand haar geloofde. Daarna verloor zij haar verstand. Een afschuwelijke sanctie. Ontkom daar als visionair maar eens aan. Volgens een recent onderzoek zegt 43 % van de Amerikanen de bijna - president met zijn gezellig waarschuwingsfilm niet serieus te nemen. Ondertussen breekt herfst 2006 breekt alle records. De huizenprijzen ook.

Monday, November 20, 2006

Sanneke van Hassel: 'Ik train mezelf om overal te kunnen schrijven'

Sanneke van Hassel (1971) debuteerde vorig jaar met de schitterende verhalenbundel IJsregen. Niet nóg een debuut over navelstarend volwassen worden, maar een bundel ijskoude verhalen. Van Hassel schrijft zonder opsmuk; haar personages zijn moeder, werkster of kneden deeg, haar zinnen zijn kort en krachtig. Het korte verhaal is een genre dat het moeilijk te verduren heeft, maar de schrijfster denkt er niet aan om een roman te schrijven. Ik stel u graag voor aan Sanneke van Hassel.

Door Ernest van der Kwast, Ezra Cohen & Erick Overveen.

In 2000 debuteerde je met een kort verhaal in literair tijdschrift Tirade. Hoe kwam je ertoe om een verhaal te schrijven? Had schrijven altijd al je interesse? Schreef je als kind hele schriften vol?

Ik durfde als klein kind niet met mijn ogen dicht in slaap te vallen en lag met wijdopen ogen verhalen te verzinnen tot ik vanzelf in slaap viel. Op de lagere school won ik een schoolkrantenwedstrijd met een helaas verloren gegaan verhaal. Ik weet nog dat het spannend was en dat er een zin in voor kwam waar ik als tienjarige erg trots op was: 'Met de snelheid van Speedy Gonzalez rende zij de trap af.' Op de middelbare school verzamelde ik zinnetjes, gedichten of Latijnse spreekwoorden maar ik ben nooit een dagboekenschrijver geweest die moeiteloos pagina's volkalkt. Ik las veel maar niet met de gedrevenheid en de gerichtheid die ik van collega-schrijvers ken, die bijvoorbeeld op hun zestiende al alles van Nabokov hadden gelezen. Tijdens mij studie had ik schrijfclubjes met vriendinnen, ging naar de Schrijversvakschool om een cursus te doen, besloot de vierjaars opleiding te gaan doen, verkende verschillende genres en hun mogelijkheden en ontdekte Het Korte Verhaal. Ongemerkt werd schrijven steeds belangrijker in mijn leven. De Schrijversvakschool, die ik niet voltooide, was behalve door de verschillende invalshoeken en het commentaar dat ik kreeg, belangrijk omdat ik een structuur vond, het schrijven kreeg een plek in mijn dagelijks leven, in plaats van dat het erbij hing. Het voornaamst was dat ik me er steeds meer bewust van werd dat het de enige activiteit is waar ik echt voldoening van krijg. Ook al is het prut wat ik heb gemaakt, toch ben ik als ik heb geschreven vaak rustig en gefocust, en dat heb ik verder met bijna geen enkele activiteit.

In 2005 verschijnt dan je debuut, de verhalenbundel IJsregen. Heb je vier jaar achtereen zitten werken aan je boek of heb je eigenlijk niet aan een boek geschreven, maar steeds aan een afzonderlijk verhaal, en was er ineens een boek?

Het is allemaal heel organisch gegaan. Ongeveer een derde van de verhalen kwam tot stand in de tijd dat ik op de Schrijversvakschool (vanaf '99) zat. Ik stuurde af en toe iets naar een tijdschrift, vaak aangemoedigd door docenten. Zelf hield ik veel af, ook als er soms na publicatie van een verhaal uitgevers belden. Ik had het idee dat ik eerst een hele grote la vol ongepubliceerd werk moest hebben, en moest weten waar ik nou eigenlijk mee bezig was. Wat mijn onderzoek was wat vorm en inhoud betreft, om het deftig te zeggen. Uiteindelijk maakte ik toch maar een afspraakje met Victor Schiferli, mijn redacteur bij De Bezige Bij. Een jaar later hadden we nog eens contact. Hij zei dat De Bij voorzichtig was met debuten, dat ze een reputatie van het Rosa Spierhuis (fameus bejaardenthuis voor kunstenaars) aan het opbouwen waren. Inmiddels is dat met veel nieuwe aanwas overigens niet meer zo. Ik zelf twijfelde vooral over de omvang van de uitgeverij, ik ben heel erg van de kleine organisaties en het zelf doen. Maar ik kon me wel vinden in hun fonds, vooral in de dichters, en vond het prettig dat Victor ook poëzieredacteur is en dus op de details let. In de zomer, ik geloof nadat de directeur zich enthousiast had betoond, ging het snel. Ik heb toen nog twee verhalen erbij geschreven, een paar terzijde gelegd en de meeste nog eens kritisch herzien. Uit een verhaal dat al gepubliceerd was heb ik bijvoorbeeld nog een derde weggesneden.

Werd je niet gepusht een roman te schrijven? (Ook niet een klein beetje?)

Bij mijn eerste gesprekken met De Bezige Bij is hier wel naar geïnformeerd. Maar vooral de ambities om het niet bij één boek te houden werden getoetst. Nooit is mij door hen expliciet gevraagd om een roman, maar mijn redacteur wees me er onlangs wel op dat ik dan veel meer zou verkopen. IJsregen doet het goed voor een verhalenbundel maar het genre is minder populair dan de roman. Bijna iedereen die ik spreek pusht me dan ook verder in die richting te gaan, maar ik zie het er voorlopig niet van komen. De ideeën die ik heb zijn allemaal voor korte verhalen. Ik zet me op dit moment liever in voor het verder ontdekken van het korte verhaal en de bevordering van de verspreiding van dit genre! Ik vind het mooi dat goede korte verhalen iets geheimzinnigs hebben en een groot beroep op de verbeelding doen. Joost Zwagerman schrijft dat het net als een popliedje in je hoofd blijft hangen, en vaak begrijp je niet goed waarom. Die impact wil ik maken en dan het liefst met zo weinig mogelijk.

IJSREGEN is lovend ontvangen door de literaire kritiek. Arjan Peters noemde je boek - net na verschijnen - zelfs 'het beste boek van dit voorjaar'. Begin dit jaar ben je genomineerd voor de Vrouw & Kultuur Debuutprijs. Hoe belangrijk zijn recensies voor jou? En een eventuele literaire prijs?

Ik had niet verwacht dat ik zou worden genomineerd, het is bijzonder dat mensen/critici blijkbaar iets herkennen in hoe ik de dingen zie en weergeef. Dat is echt een wonder dat ik nooit helemaal zal begrijpen. De positieve onthaal is een steun in de rug om door te gaan met schrijven. Tegelijk vind ik het soms jammer dat ik nu meer de druk van de verwachting voel en de zolderkamer anonimiteit er niet meer is. Ik probeer mezelf te trainen ook niet teveel van de kritiek aan te trekken. De mening van iemand die me langer volgt, zoals mijn meelezer en mentor, de schrijver Thomas Verbogt is uiteindelijk het belangrijkst.

Op de website van de Letteren Spreken staat een lijst van debuten gepubliceerd die meedingen naar de DebutantenPrijs. Het zijn er op dit moment 45, maar de inzendingtermijn loopt nog tot en met 31 maart. Ga je alle boeken lezen? Genuanceerder: voel je je verbonden met andere debutanten?

Afgelopen jaar vond ik het het leukst om debuterende generatiegenoten te spreken, over het wel en wee van zo'n eerste boek. Vaak enorm banale gesprekken over semi-literaire zaken en dan ineens heb je het toch over het hart van je werk. Een tijdje las ik veel debuten, maar deze week bedacht ik me dat ik zin heb om me weer meer op de klassieken te richten, daar kun je uiteindelijk toch het meest van leren, vermoed ik.

Je hebt onlangs besloten fulltime schrijver te worden. Was dat een moeilijke keuze?

Half april word ik eindelijk schrijver... (tot nu toe zeg ik 'ik schrijf'). Ik verheug me erop om elke dag aan iets door te kunnen schrijven, maar ik zie er ook tegenop om de hele dag met mezelf in een ruimte te zitten. Ik ben onrustig en houd van variatie. Ik zal het toneelgezelschap 't Barre Land (waar ik nu werk en me veel met organisatorische en publicitaire kwesties bezighoud) erg missen. Ik zou er het liefst 's ochtends een kop koffie drinken en even kletsen. Ik ben een voorzichtig mens, ik wil het vooral doen, schrijven, er niet teveel over nadenken dat of waarom ik het doe. Ik wil mezelf de kans geven erachter te komen waar het dagelijks schrijven toe leidt zonder al teveel vooropgezette ideeën. Ik heb twee zomers vijf weken geschreven en dat beviel heel goed, maar toen zat ik in een hotelletje in Frankrijk en was het leven heel eenvoudig.

Kun je ons inwijden in jouw schrijversleven? Hoe ziet een werkdag eruit? Treedt je ook veel op? Schrijf je reclameteksten voor Vodafone?

Mijn schrijversleven is nu beperkt tot de woensdag. Ik werk vooral 's ochtends, dan ben ik het meest helder. Ik ben geen nachtbraker en ik vermoed dat het schrijven vanaf april een negen tot vijf baan word met 's avonds nog een uurtje nakijkwerk of een beetje mijmeren. Ik vind het fijn om anderhalf uur te schrijven dan een pond sperziebonen schoon te maken, even te wandelen en dan weer verder te schrijven. 's Middags doe ik vooral research en herschrijfwerk. Geen bezeten opsluiten maar tot nu toe meer de kruidje roer me niet-methode dus. Ik train mezelf om overal te kunnen schrijven; ook in cafés, logeerkamers, of in de Rotterdamse bibliotheek. Tot nu toe krijg ik af en toe een opdracht voor een kort verhaal of een monoloog, zoals onlangs voor het Rotterdams Centrum voor Theater. En gisteren belde collega schrijver Laurens Abbink Spaink of ik met hem 50 biografieën en werkbeschrijvingen van beeldend kunstenaars wil doen. Dat is mijn eerste non-fictie opdracht.

Identificeer je je met andere schrijvers? Inspireren zij je ook?

Ik lees graag over de levens van o.a. Colette, Marguerite Duras, Beckett, Tsjechov, Coetzee -schrijvers die ik bewonder maar het gaat niet zover als identificatie. Ik heb nooit idolen gehad in mijn leven. Verder lees ik veel korte verhalen, van Uphoff, Campert en Bernlef en Amerikanen als Carver, Kevin Canty of John Cheever.


Wat is jouw bijbel?

Alles van Charlotte Mutsaers en in het bijzonder haar De markiezin, een klein boek met samenhangende prozaminiaturen. Niet dat ik het er elke dag op na sla maar het doet me goed te weten dat er zo'n vindingrijk, taalbewust, vrolijk, diepzinnig, schijnbaar eenvoudig boek bestaat. Zij weet als geen ander dat schrijven gaat over het volgen van je eigen fascinaties, over hoe je die op onnavolgbare wijze met elkaar weet te verbinden.

website De Letteren Spreken
website uitgeverij de Bezige Bij

Dit interview werd eerder, in ingekorte vorm gepubliceerd op www.literatuur.web-log.nl

VERHALENBUNDELS
IJREGENS

WITTE VEDER (VERSCHIJNT IN 2007)

Wednesday, November 15, 2006

Linkse aria's

Vandaag vergelijkt Marco Pastors de Islamisering van Nederland met de Duitse bezetting. Volgens Paul Witteman gaat die vergelijking mank. Maar als je de Sharia onder de loep neemt, komt alles daarin samen: antisemitisme, vernedering, onderdrukking, mishandeling, machtsmisbruik en tunnelvisie. Kortom; zo mank gaat die metafoor niet. Pechtold, die vorige week Amadeus Wilders met (ah een oude bekende) Jan Maat vergeleek vanwege diens Tsunami - retoriek, zal wel weer stijgeren. Als ik Pastors was, zou ik Pechtold op zijn beurt bijvoorbeeld linken met de direkteur van de White Star Line-rederij, die beweerde dat zijn RMS Titanic onzinkbaar was, of de katholieken die Columbus afraadden de wereldzeeën te trotseren. Onweerlegbaar? Dat niet. Kwestie van tijd, slechts.

Afgelopen donderdagmiddag schoof ik aan in het culturele programma van uitgever/schrijver Guus Bauer op Amsterdam FM om te praten over de dode Theo. Naast me nam 'Esther' plaats, directeur van Uitgeverij Xtra, die o.a. boeken van van Gogh en de omstreden, anti-Islam cartoonist Gregorius Nekschot uitgeeft. Het was schrijnend om te zien hoe Esther om de zoveel tijd benadrukte dat zij - wat betreft Nekschot's identiteit - in het duister tastte, zodat haar in het geval van een 'incident' niets aangerekend kan worden. Nog schrijnender: boekhandels en bibliotheken blijken boeken van de provocerende pubicisten te weigeren. 'Ondergronds uitgeven', in dit geval via het www, is voor ons de enige oplossing,' legde 'Esther' ons uit. Een demon in mij roerde zich.

Het pandemonium is los. De politiek ligt in de uitverkoop. Nederland smeult Een handjevol intelligentia sluipt naar de uitgang, terwijl het koor van linkse gekwetsten een gezellige aria kweelt.

Thursday, November 02, 2006

Effectbejag

Eergisteren verscheen er een mail in mijn Outlook van een collega-schrijver. Hij ergerde zich eraan dat ik 'zonodig' een roman over de gestopte roker moet schrijven. Woorden als "effectbejag" en "populisme" schroomde hij niet, en hij wenste me toe dat alle uitgevers mijn werk zouden weigeren. Ik vroeg hem waardoor hij zo in woede ontstak als het om mijn roman gaat. Antwoord: 'Die kapotgesneden idioot zou net zo passee zijn als het multi - culti vraagstuk. Mediahype! Allemaal! Man, wat kunnen jou die moslims schelen!?' Als je er zo over denkt? Waarom zou je iemand dan nog van effectbejag beschuldigen, vraag ik me dan af.

Dit toont de crisis van ons denken. Boekenhandelaren, uitgevers, collega schrijvers, Jan met de pet op; niemand durft meer kritiek te uiten. Allemaal bang om buiten de boot te vallen of als 'querulant' op de zwarte lijsten te belanden. Hebben schrijvers gezamelijk iets ondernomen ? Hebben musea iets georganiseerd ? De filmmakers ? Ik vrees van niet. Enkele, schamele uitzonderingen daargelaten. In zijn Parool column vroeg schrijver Theodor Holman zich wanhopig af: 'Waar zijn de kunstenaars wier kunstbroeder is vermoord?' Nou, niet hier, hier in Nederland, stel je voor hey, Bin Laden verstoort je boekpresentatie. Je moet er niet aan denken.
Literair recensent Literatuuraire stelde gisteren onomslagen vast dat we in de donkerste intellectuele periode zijn aanbeland sinds de Verlichting. "Er is zelfs geen ' verzetsgroep ' voor het behoud van de vrijheid van meningsuiting' actief incluis sabotage en aanslagen. Geweld dien je af te keuren, maar wat als je zelf bedreigd wordt ? Juist de insitituties waarvan je een ballende vuist verwacht, zakken als chocoladetaarten in elkaar. Kranten, boekhandels, linkse politieke partijen, dubieuze redacteuren van onttakelde tijdschriften: verraders!

Vandaag is 'het' precies twee jaar geleden. Maar er is meer aandacht voor een vaccin tegen baarmoederhalskanker en de tournee van Jantje Shit dan voor de aanslag op de kunst. Imam Eisha Bersham van de Eindhovense Al Fourkaan-moskee mag bijvoorbeeld toch in Nederland verblijven, al draagt hij de radicale islam uit en classificeert de AIVD hem als staatsgevaarlijk. Wat zou het fantastisch zijn geweest als hij, juist op een dag als deze, onder begeleiding van een groot mediacircus inclusief fanfare en blaasmuziek naar het vliegveld zou zijn begeleid? Maar nee. Too much to ask for, vrees ik. We zullen ons moeten troosten met Talpa-nonsense (de siliconen van Viola Holt) en socialistisch geouwehoer.

Nederland, groot in luwte en schuwte !



Saturday, October 28, 2006

Leeuwslang


Volgens de wet van Bukowski moet een schrijver zijn zondvloed met open armen ontvangen. En ook Neil Young pleitte in "Hey hey, my, my." Dat rock' n roll de artiest de Olympusberg moet opjagen. Dat lijkt misschien romantisch. Praktisch is het echter allerminst. Voor de zekerheid heb ik een zogenaamde leeuwslang aangeschaft. Daar stuitte ik op tijdens een vluchtig bezoek aan de Luikse markt. Dat pak je toch maar mooi mee voor E 90,00. De leeuwslang is een oud Egyptisch en gnostisch symbool van bescherming tegen het kwaad. Want het is alsof ik dezer dagen de tien plagen van Egypte over me heen krijg. Out of the blue, into the black. Hier kom ik in een later stadium op terug. In elk geval is voorkomen beter dan genezen, vandaar die slang. Zeker met het oog op de tweede 'verjaardag' van de moord op Theo "it's better to burn out, then to fade away" van Gogh. Dan stap je toch iets zenuwachtiger in de intercity Amsterdam CS.

Wonder boven wonder willen onze minsiters, de zinnebeelden der onverschilligheid, opeens gaan uitzoeken waarom de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) de moordenaar van Theo van Gogh, Mohammed Bouyeri, lang beschouwde als meeloper binnen de Hofstadgroep. Een motie van PvdA-kamerlid Bert Koenders die om een snel onderzoek vraagt, krijgt onverwacht steun van een meerderheid van de Tweede Kamer. De motie leek het niet te halen, maar regeringspartij VVD besloot toch voor te stemmen. Het is dat ik mijn geloof in de samenleving allang verloren heb, anders zou je nog gaan stemmen ook. Waarom zag de AIVD Bouyeri als randfiguur? Had de moord voorkomen kunnen worden? Waarom laten mijn collega schrijvers zich nauwelijks horen? Vragen, vragen, vragen. De ziekte van Socrates. Voor van Gogh geldt in elk geval: "the king is gone but he's not forgotten" De koning van de vrijheid wel te verstaan.

In elk geval heb zelfs ik mijn eerste dreigmail binnen. Nu koester ik heus niet de ilussie dat ik belangrijk genoeg ben om vermoord te worden, maar op het gevaar af dat die leeuwslang me toch in de steek laat en ik toch in de verkeerde trein stap of de verkeerde baardman tegenkom, heb ik het typoscript van "ONDERGANGSGELOVIGEN" veilig vastgelegd voor het nageslacht.

Erick Overveen

Sunday, October 22, 2006

- Wereld b.v. II -


'n visie op onze moderne wereld

Zij die gebukt gaan onder de groeiende waanzin der 'mensheid'..




De witte maatschappij

Op zoek naar het groene boekje stuitte ik vorige week op het witte boekje. Dit alternatieve boekje der Nederlandse spelling vind ik nou het perfecte voorbeeld van waar het heen gaat als je het bestuur van onze poldergronden over laat aan vervreemde bureaucraten en technocraten. Het instituut 'groene boek' denkt tegenwoordig groot-aandeelhouder te zijn van de Nederlandse taal. Ondanks alle tumult die er rondom deze gekleurde spelling is geweest wordt er toch een groen exemplaar uitgebracht waar veel (groot)gebruikers van de Nederlandse taal moeite mee hebben. De toevoeging van veel nieuwe woorden en het schrappen van rare regels ten spijt, is het schijnbaar niet gelukt om de eenheid te handhaven. Er is niet geluisterd naar het oorverdovende geluid uit de praktijk van alle dag. Taal wordt in het 'groene' benaderd als een statische exacte wetenschap, een product van een industrieel proces. Het witte alternatief is dan de prijs die men betaalt voor deze domme arrogantie.
Onschuldig? Ja en nee.
Tuurlijk, het gaat enkel om de spelling van een taal. Het witte boekje is slechts een ongewapende opstand tegen de abstractie van zijn groene broer. Maar het is wel een concrete stap die genomen is tegen de algemene standaard. De Nederlandse Taalunie heeft haar gezag voor altijd verloren en daarmee is de Nederlandse taal overgeleverd aan witte, blauwe en gele taalpiraten. Piraten uit de praktijk van alle dag. De statische en onbegrepen eenheidsworst maakt plaats voor de dynamische gekleurde variatie der levende taal. Na de erkenning van veel dialecten als officiële streektaal en de recente uitschakeling van de groene standaard, staat de aangeslagen Algemene Nederlandse taal voor lastige tijden.

Het wordt nog minder onschuldig als men dit ziet als een reaktie op de grote plundering die gaande is in ons land. Na de uitverkoop van moeder de staat afgelopen 20 jaar, worden steeds meer onderdelen van onze beschaving onbereikbaar. Taal, gezondheid, geluk, privacy, werk, scholing, veiligheid, energie worden steeds ontoegankelijker. Slechts een kleine elite heeft nog toegang tot deze 'publieke' bronnen van beschaving. Wij beseffen helaas niet hoever we inmiddels afstaan van een eerlijke maatschappij voor allen.


Het vastlopen van de Algemene Nederlandse taal is slechts een verschijnsel. Een symptoom van de voortwoekerende dodelijke ziekte van het private alleenrecht. De meedogenloze dans van het private kapitaal dat uiteindelijk zal leiden tot de ondergang van de menselijke wereld.


Het is daarom dat ik wacht op de interventie van de 'witte maatschappij'..

Bent u er klaar voor?


____________________________
Een bijdrage aan Erick's log door Roland.

Tuesday, October 17, 2006

- Wereld b.v. -


'n visie op onze moderne wereld

Zij die gebukt gaan onder de groeiende waanzin der 'mensheid'..



Vers uit het nieuws:
Corrigerend optreden door een docent leidt in één op de drie gevallen tot verdere misdragingen door leerlingen. Dat blijkt uit een onderzoek van de sociaal psycholoog Paul Harland, waar het Nederlands Dagblad dinsdag over bericht. Harland constateert dat het corrigeren van leerlingen soms leidt tot erger wangedrag dan het gedrag waarmee het conflict begon.



Een duidelijk staaltje Hollandse logica:
'Een terrorist heeft het toch ook niet makkelijk..'

We kunnen beter stellen dat:
NIET corrigeren door een docent (zoals gebruikelijk in Nederland) in DRIE op de DRIE gevallen leidt tot verdere misdragingen door leerlingen.

Sterker nog: NIET corrigeren ontkent fout gedrag. Dus de stelling luidt nu:
NIET corrigeren door een docent (zoals gebruikelijk in Nederland) in VIER op de DRIE gevallen leidt tot verdere misdragingen door leerlingen.


(dat wil dus zeggen dat een probleemloze leerling op z'n donder krijgt omdat ie zich niet aanpast aan de groep.. )

Stof tot nadenken?

___________________________
Een bijdrage aan Erick's log door Roland.

Monday, October 09, 2006

Forever



Het leven is absoluut rechtvaardig !

Afgelopen vrijdagavond was ik lijfelijk getuige van het feit dat de film "Forever" van Heddy Honigman op het Nederlandse filmfestival in Utrecht een gouden kalf kreeg voor beste documentaire.


De film biedt een caleidoscopisch inzicht in het de beweegredenen van de bezoekers van het beroemde kerkhof Père-Lachaise waar zich een keur aan inspirerende kunstenaars bevinden, zoals Marcel Proust, Edith Piaf en Jim Morisson. Honigman vertelde me dat ze met name die laatste bewust 'ietwat' genegeerd heeft wegens de overexposure van 'the lizard king'. De docu is adembenemend. Het heeft mijn kijk op onsterfelijkheid veranderd. In de Nieuwe Revu van vorige week zei Arnon Grunberg nog tegen journalist Leon Verdonschot: 'onsterfelijkheid. Wat heb ik daaraan?' Maar zodra je deze docu ziet, begrijp je hoeveel 'onsterfelijkheid' waard is. Kunst en journalistiek is van onschatbare waarde voor onszelf en ons nageslacht. Stel je voor dat je hele generaties troost kan bieden door je kunstenaarsschap! Alleen de gedachte al, wat een verdienste.

'Hand in hand wandelden we mijmerend tussen anonieme virtuozen en zonderlinge dichters die zich met hun werk aan de vergetelheid probeerden te ontworstelen. 'zo zou ik ook begraven willen worden,' verzuchtte ze, wijzend naar de tombe van HonorÉ de Balzac."

Fragment uit Maansverduistering waarvoor ik in de zomer van 2003 speciaal naar Parijs afreisde. Lang leve de method writing.

Tuesday, October 03, 2006

Dagboekfragment

Dinsdag 2 november 2004

18:18: De schemering valt in, de lucht breekt. Overal om me heen springen lampen aan, maar er heerst een andere donkerte dan normaal, een soort middeleeuwse duisternis. In de tram zit iedereen angstig stil, knie aan knie, de krant te lezen. "Kerry loopt in op Bush" kopt het AD. Ik stap uit bij het Waterlooplein en struikel over het afstapje, zo de rusteloze wereld in. Omgeven door een waas van ongeloof zwerf ik langs het Tropenmuseum, voorbij café Eden, om vervolgens dwars door het Oosterpark te trekken waar een voelbare spanning rondwaart. De wateren liggen treurig in de zakkende najaarszon. In de verte rijst de Rembrandtoren op uit een aanzwellende mist, alsof hij zich verbergt, zich schaamt voor zijn stad. De dood loert overal; de Linneusstraat zelf is in een verwilderde achtertuin verandert waar je desondanks de weg nog kent. In de verte zie ik de de etalage van het nieuwe barbarisme; de akelige blauwe tent. Onmogelijk te missen. Terwijl ik tussen rouwende medelanders dool, dwalen mijn gedachten af naar XXXXX, naar dat hartstochtelijk intellectuele leven dat ik nooit gekend heb. Zij was degene die mij definieerde. In die zin was haar vertrek het verlies van die definitie, een soort identiteitscrisis. Man, min hoofd is opnieuw een jungle van emoties vanavond.

18:22 Niets lijkt aan Amsterdam verandert te zijn, en toch bestaat alles op een andere manier vanavond. Op de display van mijn herinnering staat 'Green Temborine' van The Lemon Heads ingeprogrammeerd. In geestesoog fietst van Gogh gewoon voorbij. Zijn T-shirt wappert nonchalant uit zijn broek. Hij draait zich om om naar Ischa Meyer te zwaaien, die net op het punt staat om café Zwart binnen te gaan. Binnen blaast Pim Fortuyn de rook van zijn sigaar plagerig in het gezicht van Willem Oltmans. De kale dandy lacht in volle glorie. Altijd uit op de macht van het gelijk. De lucht is vervuild van gelach en kritiek.

19:33: Ik zit in de Ponteneur, in Oost waar iedereen door elkaar heen schreeuwt. Vooral aan de bar wordt er driftig gedebatteerd. Twee mannen vliegen elkaar in de haren. Een gezette man trekt ze uit elkaar. Allemaal bange mensen die hun angst niet durven te tonen. Achterin het café begint een serveerster me aanhankelijk te bejegenen. Ik bestel een rum Coke, en probeer me af te sluiten van de werkelijkheid door in een roman van Belcampo te duiken. Maar het geroezemoes van rinkelende kopjes, drukke Amsterdammers en televisieberichten leidt teveel af. Bij elk nieuw bericht stroomt de wereld opnieuw naar binnen. Op RTL 5 vertelt een getuige over de slachtpartij, vertelt hakkelend dat de barbaar van Gogh heeft bekeken als een roofdier dat zijn prooi beloert en toen pas aanviel. Van Gogh werd gekeeld als een varken in een abattoir. Op klaarlichte dag! Zonder dat iemand ingreep. Als de interviewer hem vraagt waarom hij passief heeft toegekeken, blijft het pijnlijk stil. Het antwoord is echter zonneklaar: Nederland heeft domweg zijn ware gezicht getoond; een bang, schijterig smoelwerk waar de hypocrisie vanaf druipt; zoals in WOII, zoals in Scebrenica; zoals altijd. Recht tegenover me zit een Marokkaan die zich beklaagt omdat hij al drie keer in zijn leven een nieuwe taal heeft moeten leren. Zijn stem klinkt als een boormachine. Hij schreeuwt dat hij de stad de afgelopen jaren steeds donkerder en grimmiger heeft zien worden. Een oude vrouw aan een hoektafeltje huilt, haar tranen vallen in haar soep. Volgens de laatste berichten op tv stroomt de Dam langzaam vol woedende stadsgenoten, exotische protestanten van buitenaf en ME-ers. De volksoploop is blijkbaar groter dan verwacht en zelfs de verkiezingen in Amerika lijken vergeten te worden. Van Gogh mag dan wel dood zijn. Hij is wel in staat geweest om het zenuwcentrum van de media naar Amsterdam te verplaatsen. Elk gesprek lijkt bij hem uit te komen. "

Bovenstaand fragment is niet afkomstig uit mijn nieuwe roman, maar uit mijn persoonlijk, (vooralsnog) ongepubliceerde dagboek. Het is echter wel zo dat die inktzwarte tijd het decor van mijn nieuwe epos vormt. Via deze blog poog ik jullie op de hoogte te houden over de vorderingen daarvan.

copyright E.O.

Monday, October 02, 2006

René Appel: ' Het gaat om empathie...'


René Appel , geboren in 1945 te Noord Holland, is de onbetwiste meester van de psychologische Nederthriller. Hij won tweemaal de Gouden Strop: voor "De derde persoon" (1991) en "Zinloos geweld" (2001). Tevens ken je hem van de beroemde roman: "Doorgeschoten", een allegorie over de moord op Pim Fortuyn. Nu uitgeverij Prometheus zijn nieuwe romans "Loverboy" en "Los Geld" hebben gelanceerd, wordt het hoog tijd voor 'n gesprek.

Door Erick Overveen

Erick: In de jaren 70, toen je in je twintiger jaren was, heb je free lance journalistiek (Volkskrant) bedreven, en schreef je korte verhalen en gedichten in diverse bladen. Toch kwam je er nog niet aan toe om thrillers te schrijven. Je werd misdaadrecensent bij het NRC, waardoor er een tijd voorbij ging alvorens je aan je 1e boek "Handicap" toekwam. Waarom zat er zo'n groot gat tussen je 1e publicaties en je eerste, echte misdaadroman?

René Appel: Met die korte verhalen probeerde ik aanvankelijk verder te gaan. Ik had een bundel in gedachten. Er verschenen in die periode nogal wat bundels met verhalen in de realistische sfeer, zoals ik ze zelf ook probeerde te schrijven. Ik heb daar toen ook over gesproken met Bert Poll, hoofd van de kunstredactie van NRC Handelsblad, redacteur van Hollands Maandblad en redacteur van een reeks boeken bij Meulenhoff, met vooral verhalen uit Hollands maandblad, waarin ik ook had gepubliceerd. Maar volgens Poll was eenderde van de verhalen goed genoeg voor een boek, eenderde moest herschreven worden, en voor eenderde moesten er nieuwe verhalen komen. Achteraf denk ik dat hij gelijk had. Hoe het ook zij, het nam voor mij een beetje de motivatie weg. Bovendien had ik inmiddels een fulltime baan gekregen aan de Universiteit van Utrecht, waardoor ik minder tijd had om te schrijven, en werd in 1974 mijn dochter geboren, die ook veel aandacht en tijd opeiste. Door een toeval werd ik toen in 1976 misdaadrecensent van NRC Handelsblad, maar misschien ook een beetje omdat ik Bert Poll kende, en ook wat andere mensen bij die krant. Ik kende het genre nauwelijks, maar al recenserende kwam ik terecht bij boeken van met name Ruth Rendell en Patricia Highsmith. En nadat ik die boeken gelezen had, bedacht ik: ja, zoiets zou ik ook wel eens willen proberen. Inmiddels was ik gescheiden en woonde ik alleen met mijn dochter, terwijl ik een fulltime baan had, dus echt veel tijd om aan een (misdaad-)roman te beginnen had ik niet. Toen ik er wel aan begon, in 1984, had ik die tijd eigenlijk nog niet in overvloed, maar mijn persoonlijk leven was in een wat rustiger vaarwater terechtgekomen (nieuwe vriendin, met wie ik sinds 1981 samenwoonde). Dus toen ik in 1984, na mijnacademische promotie, een idee voor een verhaal kreeg, ben ik zelf weer fictie gaan schrijven. Aanvankelijk was dat een kort verhaal van ongeveer 30 bladzijden, en toen ik dat nog eens overlas, bedacht ik dat er een roman in zat. Dat is dus het in 1987 verschenen 'Handicap' geworden.

Erick: Van 1994 tot 2003 was jij bijzonder hoogleraar 'Verwerving en didactiek van het Nederlands als tweede taal' namens de Gemeente Amsterdam. Wat hield dat precies in?

René Appel: Dat hield vooral in: onderwijs geven (over tweedetaalverwerving, meertaligheid, positie van anderstaligen in Nederland, enz.), onderzoek doen, artikelen schrijven, meewerken aan een boek, begeleiden van andere onderzoekers, met name promovendi, en allerlei bestuurlijk werk. Zo was ik bijvoorbeeld jarenlang voorzitter van het bestuur van het aan de FGW verbonden Instituut voor Taalonderwijs en Taalonderzoek Anderstaligen, waar allerlei praktijkgericht onderzoek wordt gedaan, en materiaal wordt ontwikkeld voor het onderwijs Nederlands als tweede taal.

Erick: Waar komt die liefde voor misdaadromans eigenlijk vandaan ?

René Appel: Die liefde was er aanvankelijk zeker niet, en ik ben nog steeds niet een groot liefhebber van het genre in z'n totaliteit. Ik heb wel altijd van boeken gehouden waar een soort spanning in zit, dat je wilt weten hoe het verhaal verder gaat, wat er met de mensen gebeurt. En verrassingen, onverwachte wendingen in een verhaal spreken me ook aan. Beide elementen zie je meestal sterker in misdaadromans dan in literaire romans. Ik lees overigens meer literaire romans dan pure thrillers. Ik behoor overigens tot de waarschijnlijk steeds kleiner wordende groep mensen die de Da Vinci Code nog niet heeft gelezen. Zo'n mysterie met de oplossing aan het eind trekt me simpelweg niet aan. Ik houd niet zo van puzzels die worden opgelost. Een boek moet juist eerder een raadsel of een mysterie creëren. Dat vind ik interessanter. Kortom, ik ben zeker geen hard core misdaadliefhebber.

Erick:
Zoals je weet neemt de censuur op literatuur sinds de moord op Theo van Gogh schrijnend toe. Winkeliers zijn bang om het boek van Wilders in de toonbank te zetten en Tomas Ross ligt onder vuur omdat hij een thriller schrijft over een aanslag op Ayaan Hirsi Ali. Zijn jouw collega schrijvers bang om hete issues als Islam e.d. te bekritiseren? zijn uitgevers bang? En zo niet, waar blijven dan die boeken over Theo van Gogh?

René Appel: In de eerste plaats is het zo dat in misdaadliteratuur meer maatschappelijke thema's verschijnen dan in 'gewone' literatuur. Daarin gaat het toch vaak om de worsteling en de zielenpijn van een individu in een betrekkelijk geïsoleerde omgeving. Dat geldt tenminste voor Nederland. In veel buitenlandse literatuur is dat anders. Om op een paar concrete vragen te antwoorden: uitgevers zouden het volgens mij juist fantastisch vinden als iemand ene boek schreef met als achtergrond problemen met islam en integratie. En de boeken over Theo van Gogh? Daarover valt geen boek te schrijven of je moet het fictionaliseren, dat wil zeggen er een Theo van Gogh-achtige figuur van maken, waarbij de dader ook niet meteen wordt gepakt. Het kan allemaal wel, en ik weet dat er zeker mensen bezig zijn met het thema, maar eerder in de thrillerscène dan in de andere literaire wereld. Of er een boek uit voorkomt, weet ik niet.

Erick: Daarover gesproken: eind 2002, begin 2003 had je een klein Fortuyn golfje. In het kader daarvan schreef jij de (naar mijn idee prachtige) thriller Doorgeschoten - Was het boek bedoeld als een allegorie? Je verving Fortuyn bv door Hordijk. Waarom ging je zo te werk? En wat inspireerde jou aan de moord op Fortuyn om tot dit boek te geraken?

René Appel: De inspiratie kwam simpelweg uit een idee dat me plotseling in mijn hoofd schoot, namelijk het volgende. Er werd toen gezegd 'De kogel kwam van links', maar stel dat de kogel eigenlijk van rechts kwam? Dat gaf een basis voor een thriller met een politiek complot, vanuit rechts krachten in de samenleving. Ik wilde nadrukkelijk niet een boek schrijven over Fortuyn zelf, maar een verhaal over een Fortuyn-achtig persoon, die rechtse krachten weet te mobiliseren, maar voor de echte conservatieven toch niet rechts genoeg is (en te onbetrouwbaar). Kortom, geen boek over Fortuyn, maar naar aanleiding van Fortuyn, en over de politieke situatie in Nederland aan het begin van de eenentwintigste eeuw. Het boek was dus ook niet bedoeld als een soort allegorie, maar als een politieke thriller die uitloopt op een psychologische thriller. Dat is helaas niet door veel recensenten herkend.

Erick: Als jij aan zo'n thriller begint? Hoe ga je dan te werk? Zou je iets willen vertellen over je werkwijze? Steek jij bv vooraf veel tijd in research? En werk je je plot vooraf uit, of laat je je meeslepen?

René Appel: In het algemeen gaat het als volgt. Ik heb een idee over een probleem, een conflict, een kwestie of wat dan ook, waar mogelijk een verhaal in zit. Dat bespreek ik dan met mijn redacteur bij de uitgeverij om de mogelijkheden voor een boek op basis van zo'n 'probleem' nader in kaart te brengen. Als we denken dat er inderdaad een roman in zit, dan ga ik research doen, meestal naar achtergronden, beroep van personages, enz. In die periode denk ik ook verder na over het verhaal, maar over het algemeen weet ik nog maar weinig over de intrige voor ik begin te schrijven. Wel weet ik meestal dat ik ongeveer halverwege een heftige, vaak gewelddadige scène wil, zodat ik daar als het ware naar toe kan schrijven. Wat er precies in die scène gebeurt, weet ik echter ook nog niet. In die voorbereiding bedenk ik ook wat de belangrijkste personages zijn, vanuit welke personages ik het verhaal wil vertellen, enz. Heel belangrijk is ook het moment waar ik in het verhaal stap, met mijn eerste zinnen. Dat is ook iets wat ik vantevoren bedenk, meestal in de fase van de research. Hoe het verhaal zich verder ontwikkelt, ontdek ik zelf pas tijdens het schrijven. Het eind weet ik vaak op tweederde van het boek nog nooit. Daarom ben ik misschien ook twee keer vastgelopen in een verhaal, maar dat is op zestien boeken misschien niet eens zo veel.

Erick: Je laatste roman "LOVERBOY" is ook weer zo''n typische Appel thriller: waar kwam je idee over dat weggelopen meisje vandaan?

René Appel: Het basisidee was niet over dat weggelopen meisje, maar over een vrouw, zelfs thrillerschrijfster, die ontdekt dat haar echtgenoot ene minnares heeft. Vervolgens had ik bedacht dat de thrillerschrijfster met een boek bezig was, waarvan ook delen in het 'hoofdverhaal' moesten komen. Ja, en dan is het een kwestie van verder doordenken. De thrillerschrijfster moest een type boeken schrijven dat ik nogal cliché'-achtig vind, namelijk over een (vrouwelijke) privé-detective. Die moet een zaak oplossen, en tja, wat voor zaak? Ik weet niet meer hoe ik toen op het verschijnsel 'loverboys' kwam, misschien omdat ik er net iets over in de krant had gelezen, maar misschien ook omdat 'loverboy' toch te maken heeft met de liefde en de ontsporing daarvan, wat ook relevant was voor mijn hoofdverhaal.

Erick: Tot slot: Jean Paul Satre heeft eens gezegd dat een grote kunstenaar geen kinderen kan hebben, jij hebt er twee. Hoe denk jij over dit statement? Oftewel; hoort een misdaadschrijver zelf zijn avonturen te ondergaan voordat hij ze kan beschrijven?

René Appel:
Eigenlijk zijn dit twee vragen, Erick. Om met het antwoord op de eerste te beginnen. Opvallend is dat veel 'grote' kunstenaars geen kinderen hebben of geen tijd besteden aan de dagelijkse zorg voor hun kinderen, wat overigens niet alleen een 'zorg' is, maar ook veel genot en plezier oplevert, is mijn persoonlijke ervaring. De algemene uitspraak van Sartre is echter onzin. Misschien vond Sartre voor zichzelf kinderen ongewenst, omdat hij immersserie minnaressen had. Die kostten hem veel te veel tijd! En misdaadschrijvers hoeven natuurlijk niet zelf hun avonturen te ondergaan. Ze zijn ook veel minder autobiografisch ingesteld dan veel literaire auteurs. Ik denk dat je twee soorten schrijvers hebt. Voor de eersten is het eigen leven vooral de bron die inspiratie levert voor verhalen, terwijl de anderen hun verhalen buiten zichzelf plaatsen. Ik behoor tot het tweede type schrijver. Wat een schrijver van mijn kaliber moet kunnen, en vooral in mijn genre van de psychologische thriller, dat is je verplaatsen in de leef- en gedachtewereld van je personages. Je moet als het ware met ze mee kunnen gaan als ze iets stoms doen of denken. Het gaat dus om empathie, en dat natuurlijk gekoppeld aan een rijke, en soms wat perfide fantasie.

Thrillers van René Appel zijn verkrijgbaar bij de betere boekhandels of bv: www.bol.com

WEBSITE RENE APPEL

Friday, September 29, 2006

'Ask the dust' : stof tot nadenken

Een paar weken terug doemde er een persoonlijke email van schrijver DAN FANTE in mijn cyberbus op, de zoon van wijlen JOHN FANTE.

"Thanks for your note. I was in Amsterdam for Crossing Border a few years ago. I loved your city. As far as John Fante concerned, you are in good company. There’s a truth of my soul that my father can communicate that has been a gift to many people. Too bad he missed most of the recognition he deserved. So keep writing, Erick. Writers write. That’s what they do. They write. Writers who don’t writers are not writers. They are fuckheads who only talk about wri­ting. Have a good book." DF

JOHN FANTE (1909 - 1983) vertrekt op z'n 20ste op de bonnefooi naar Los Angeles, betrekt een kamer op Bunker Hill, leeft van gestolen bananen en sinaasappels en perst woorden eruit alsof het citroenen zijn: ‘Laat de schrijfmachine zingen. Duik de muziek in me op. Wees goed voor me, want ik ben eenzaam.', houdt zich in leven met marginale baantjes en begint smeekbrieven te sturen aan de door hem aanbeden uitgever en criticus H.L. Mencken. Deze gaat na veel smeekbedes uiteindelijk overstag en plaatst een verhaal (feitelijk een van aanhef ontdane brief) in zijn toonaangevende blad The American Mercury. Als John Fante 30 jaar is, verschijnt zijn debuutroman In WAIT UNTIL SPRING, BANDINI is het schaduwego van Fante, en net als hij van Italiaanse immigranten afkomstig. Het zou een boek worden binnen een reeks: de Bandini-cyclus, waarin het wel en wee van hoofdfiguur Arturo Bandini is beschreven. De goede kritieken die dit autobiografische boek kreeg waren eveneens weggelegd voor het vervolg ASK THE DUSK (in NL vertaald als Vraag het aan het stof), dat een jaar later verscheen. Een fragment: "Ze haatte Arturo Bandini niet, niet echt,' denkt Bandini, 'ze haatte het feit dat hij niet aan haar eisen voldeed. [....] Ze wilde hem zoals Sammy was: bedaard, stug en zwijgzaam, iemand die raad wist met een geweer, een goeie barkeeper die haar als serveerster accepteerde." Verkopen deed het boek echter niet, door een wel heel wrange omstandigheid: zijn uitgever had tegelijkertijd een ‘kritische editie' van MEIN KAMF uitgegeven. De auteur ervan liet dit niet over zijn kant gaan en spande een proces aan, dat uiteindelijk al het geld bestemd voor de promotie van Fantes roman opslokte. Zijn uitgever, de omstreden H.L. Mencken, werd daardoor tot persona non grata verklaard bij alle Amerikaanse nieuwsbladen. "All successful newspapers are ceaselessly querulous and bellicose. They never defend anyone or anything if they can help it; if the job is forced on them, they tackle it by denouncing someone or something else. " Verzuchtte hij gedesilussioneerd.

Ask the Dust werd in 1998 afgestoft door Arnon Grunberg die er een magisch essay over schreef. "Wat Fantes werk zo bijzonder maakt is wat, denk ik, ieder goed boek bijzonder maakt. Hij verheft een onbenullige anekdote tot mythische dimensies." Effectiever zou ik het niet verwoord kunnen hebben. Elke zin fonkelt, elke metafoor roept een nieuwe wereld op in je geestesoog, het is zo natuurlijk, zo vanzelfsprekend, en tegelijkertijd zo adembenemend prachtig dat het boek je vervult met zin om te leven. Hoe onrechtvaardig oogt het, als je dan weet dat John Fante aan het eind van zijn leven kwam als een blinde, gefrustreerde, alcoholist in plaats van een erkende schrijver. Gelukkig lijkt dat de laatste jaren te gaan veranderen. ASK THE DUSK werd onlangs verfilmd door regisseur ROBERT TOWNE, met COLIN FARELL in de rol van Bandini. Op het witte doek en in de literatuur heeft het interbellum zelden zo gezinderd als hier.

Misschien kunnen we ons troosten met de wetenschap dat Fante romantiek zag in zijn falen. Getuige de zin uit 1 van zijn laatste romans BUNKER HILL, die hij in de seventies schreef, nadat BUKOWSKI hem bewierrookt had in THE NEW YORK TIMES, wat hem weer erg inspireerde. ""Success is too vague a challenge. ...Failure is my destiny. It's certainly more beautyfull.'" God bless you, John.

MEER JOHN FANTE

ERICK OVERVEEN

BINNENKORT TERUG ON LINE